wie niet weg is, is gezien

Het einde is inzicht

Vanuit Rica regenland, schrijf ik mijn laatste verhaal. Het einde is inzicht en vlieg ik van uit dit gifgroen kikkerlandje naar Miami, London en uiteindelijk keer ik terug in mijn eigen kikkerlandje.

Ik schrijf mijn laaste verhaal nu, omdat ik er nu zin in heb en er weinig nog valt te melden. Afgelopen weken reis ik met een nieuw groepje vrienden en van dat groepje was er nog een andere Hollander maar we worden aangezien als een grote groep Hollanders. Gezien dit zich nog enigzins zal doortrekken verwacht ik geen denderende dingen meer die nog een beetje leuk verhaal kunnen creeren. Dus, in mijn laatste gedeelte geen wilde reisverhalen en zal ik het ook niet echt opzoeken. Het enige wildlife dat ik nog bewonder zullen de katers zijn. Ik zal jullie dus niet meer lastig vallen op welk strandje ik nu weer lig, welke biertjes wij te veel drinken en gebeurtenissen waardoor we hier het NL´s imago niet erg versterken. Miami en London zal het gebruikelijke sightseeing zijn en niet vermakkelijk genoeg om over te schrijven. Ik ben er klaar mee, maar meer dan tevree.

Het was een reis. Een reis met vele landen, mensen, verrassingen en obstakels. Net voor mijn reis zijn de moeder van een hele goede vriend van mij; ''elke keer als je een belemmering en of hindernishebt overwonnen, staat de volgende alweer klaar''. Elke keer weer en vooral struikelblokken waren bij mij erg populair.Vele waren leerzaam maar er was er een doorslag gevend om mijnreis niet verder te plannen naar Zuid Amerika. Hetgeen ik nu een beetje spijtvan heb, maar het zal zo moeten zijn.Parapietje heeft de travelspirit verkoeld enhet vlammetje geblust met zijn eigen ontbranding. Afgekoeld genoeg voor ons eigen land.

Ik heb geen land gevonden waar ik liever zou willen wonen. Zeker de laatste maanden genoten van het echte reizen en soms de primitieve toestanden, maar dit in combinatie met para waarbij ik niet meer primero ben, heeft mijn verlangen naar Nederland doen versterken. Ik kan het niet ontkennen dat ik inmiddels wel weer verlang naar een vast bed, of niet meer mijn kledingkast op mijn rug te dragen (sorry sebi) of er achter aan moeten rennen. Het grootste gemis is wel het gemak om je kleding op de grond te gooien en dat je moeder het dan opruimt en wast. (Grapje Mam) Nee, mijn grootste verlangen is naar onze kwaliteit, kwaliteit in eten, snoep, gebak, onze chocolade, kortom vers en weten wat je krijgt. Daarnaast hoe verder ik van Nederland kwam hoe meer ik Nederlander werd. Niet erg hanidg als je het Nederlands elftal kijkt alleen met Brazilianen.
Ondanks de aantrekkingskracht van Nederland en geen ander paradijs gevonden te hebben, ga ik het vrije leven missen. Het vrije leven van het reizen. Toen ik in Honduras en Nicaragua zat ik kon ik niet anders denken dan aan Nederland, maar nu eindelijk weer de oude te zijn en weer volop geniet, zal de ontwenning weer ontzettend groot zijn. Dus, de laatste twee weken lik ik elke stoeptegel weer af in de hoop nog een parapietje te vinden. Mijn reis is bijna geeindigd en dus eigenlijk het gehele proces van er naar toeleven, beleven en nu bijna eindigen is een periode van drie jaar geweest. Ik voel de leegte al bijna inslaan, dus de hoeveelheid achterover slaan wordt onbewust bevorderd. Ondanks ik waarschijnlijk even de leegte zal moeten doorbreken ben ik blij terug te mogen terugkeren naar ons mooie Assen. Hoe raar dit ook klinkt, en nee, ik ben niet dronken of heb geen Colombiaanse cultuur gesnoven!.

Mijn reis is gemaakt door de vele mensen die ik heb mogen ontmoeten maar vooral door mijn reismaatjes. Het begon met Alex. Beiden watermannen en eigenlijk nieuw in het reizen alleen. De onzekerheid dronken we weg en het leven zochten we in het water. Afgesloten van de wereld in een andere wereld. Keerden we terug op magisch Mabul en reisden we verder. Reizen met de bus van de duivel, vliegtuigen en eindigde we in Mercing waar ik mijn tweede maatje ontmoeten en Alex en ik onze reis afsloten op het mooie eiland Tioman.
Mijn tweede reismaatje Martin, Virgo, gelijk aan mijn ascendant, en ik gingen van Tioman naar Singapore waar we eigenlijk na ander half week er achter te komen dat er meerdere overeenkomsten waren.
In Australië hebben we een weekje Tioman in Cairns nagespeeld en vervolgens na een aantal ontmoetingen in Australië meer, een plan gemaakt voor Nieuw Zeeland. Hier brachten we een andere diepgang in de vriendschap. Daar bezochten we naast de meters bier ook de meters hoge bergen en meters lange afdalingen. Na de fysieke beperkingen ondervonden te hebben, zochten we de geestelijke beperkingen op. Dit in het Boeddhistisch centrum in Coromandel. Zonder enige verlichting vonden we daar ons eigen Nirvana. Daar de vele oude vrouwtjes aan het lachen gemaakt en vijanden gemaakt met de geit. Na bijna vier weken geen alcohol?? hebben we ons eerste biertje geproost op ons laatste dag.
En dan het drietal, twee spaghettivreters en een kaaskop, eerste klas kneusjes betreft kamperen, boefjes als er donatie boxen stonden en angsten voor alles wat leeft in Australië. We hebben veelal gelachen om ruis wat bij ons heldere communicatie betekende, misselijk geworden van de pasta's ontbijtjes en genoten van de stilte en verrassingen die de natuur en de woestijn ons bood. Twee weken zaten we te broeden met elkaar in Perth hoe weg te komen, na heel wat geregel en geritsel hadden we een auto en een laptop terug en On th road..
Ook in Australië, Patrick, het reismaatje die ik het langst ken. Het schoppende/ kampioentje en het water trappelende/mannetje verkeerden we beidein een fase voor gekozen rust, ontspanning, kalmte, sereniteit, stilte, en kortom veel praten. Bovenop de berg in een diep dal sluisden wij ons uit de niet ontkomende drukte, kosten en slaapvertrekken met kuddes stapelbedden. Na, het bos ingetrokken te zijn voor geestelijke verruiming, zaten we aan het einde van ons tweede boeren buddha avontuur in Sydney vertrouwd en tevreden op ons bankje. Pat, ik ben er trots op dat we weer aan de ander kant van de wereld nieuwe kanten van onze vriendschap hebben ontdekt. Daar ik mijn Mala weer overhandig aan Patrick bij zijn aankomst, heb ik precies dezelfde weer terug gekregen een week geleden. De ketting is weer rond.
En dan mijn laatste reismaatje, ook mij niet onbekend, het op Peter pan schietende boogschuttertje, Anouk. Zij heeft me van mijn knikkende knieën afgeholpen maar ik heb er een knikkend hoofd van over gehouden door vreemde praktijken als grenssprintjes nemen, marshmallowvuurballen te proeven en haar interpretaties van Duitse expressies. Ondanks zij haar pijlen roosscherp kan plaatsen, misten ze parapietje. In ons gedeelde reis was ik het grootste gedeelte niet fit. Hierdoor zijn er vele momenten geweest waardoor ik haar meer nodig had dan zij mij. Ik ben je dankbaar! Anouk heeft me versteld doen staan toen ik haar in een taal hoorde spreken waarin ik niks begreep, maar vooral in haar reisspirit. Het gemak hoe ze overal door heen en met iedereen fladdert, van harige spinnen tot kakkerlakken. Ik durf oprecht te zeggen dat zij het echte reizen in zich heeft, geen plan, alles open en reageert op hetgeen haar toekomt.

Al met al zorgde mijn reismaatjes voor alle bepalende elementen om de reis te laten wezen zoals het is.

Naast mijn reismaatjes had ik ook twee hulpjes. Sebi, bedankt voor altijd net even dat extra ruggesteuntje en Tiaantje ook jij bedankt, ondanks ik soms met mijn rug tegen de muur stond, altijd bleef je altijd achter me staan.

Daarnaast wil ik Annemiek en Rutger bedanken voor de vele en uitgebreide berichtgeving van en over het thuisfront. Altijd werd dit gewaardeerd en bestudeerd. Als laatste mijn ouders en Ruben bedanken voor de acties die gemaakt zijn voor mijn gemaktzuchtigheid achter de schermen, het komen opzoeken in Amerika en gewoon omdat jullie het zijn.

Als laatste het reisbureau Kilroy, en dan vooral Frank, die altijd super snel en behulpvaardig was, ook dit werd zeer gewaardeerd, vooral toen in Fiji!

Iedereen bedankt voor de reacties op mijn weblog. Mensen, tot de volgende,

keer in Nederland.

Sebastiaan

We got him!

Geen chemische wapens, wel biogas. Mijn farmaceutisch wapenkastje had eindelijk na zes weken de primitieve schuilplaats van Pietje gevonden. Het vierde kuurtje antbioterreurica met een zelf bedachte hogere dosis dan dat George, Tony en Jantje (de 3 B's) bij elkaar hadden gelogen, was eindelijk doorslaggevend om Parapietje uit zijn hol te roken.
Kortom de genada begon in Granada (Nicaragua). In verwachting eruptie vrij te zijn, had het wel nog zijn uitspattingen en had Quatemala daar nog onder te lijden. Met volle moed werd dan ook weer het tasje gepakt en werd dit tasje weer neergezet in Ometepe. Ometepe het eiland dat bestaat uit twee vulkanen midden in het grootste meer van centraal Amerika. Heel veel groen en verrassend veel zon. Getipt door een ander Nederlands stel kwamen wij aan in het door hun aanbevolen lodge. Daar troffen wij direct onze Duitse vrienden die een kamer naast ons hadden gedeeld in Granada. Granada waar ik naam en faam heb gemaakt als Salsa koning van Granada. Ik geloof dat ze tot op de dag van vandaag nog aan het zoeken zijn naar mijn weggebleven heupen...

Op Ometeppe, met zijn vieren crossen op het eiland.
Dat vulkaantje, geen enkel probleem voor Sebastiaantje! Nog nooit van mijn leven op een motor gereden, maar met zo ondergrond en mijn soepele heupen had ik dat varkentje zo even gewassen. Motertje eenmaal uit en weer opnieuw proberen te starten terwijl dat mechanische monster naar beneden jankt...Dus, liep ik met de motor in de hand richting de waterval, omhoog. Maar dan als het einde van de dag nadert en de rust weer terugkeert, knetteren wij over het strand en maak ik nog grotere remsporen dan de afgelopen maanden. Daar is het dan, ja, eindelijk kan ik de dag weer afsluiten met het ondergaande warme goud en het welkome koude goud, het biertje!
Om het eiland te verlaten sta je met alle rust in de rij om een kaartje te kopen voor de nachtboot. Dit keer gaat de boot naar het puntje van het meer, richting de grens van Costa Rica. Met ons Eerste en duurste klas kaartje in de hand stapte wij het eerste klas zaaltje binnen en begrepen wij direct waarom lokaal het voordringen als een handig gebruik accepteert. De nacht hebben wij in een tuinstoel op het dek doorgebracht. Samen met een Belgisch stel hebben we naar de sterren gekeken. De tweede helft van de nacht werd gebruikt om de regendruppels te ontwijken in plaats van het ontwaken.

We kwamen aan in een typisch havenstadje en of grensstadje. Typisch omdat meestal van die lelijke en truerige stadjes zijn. Zo ook dit moerasstadje en stapte we direct in een ander bootje die ons meenam over de rivier, door de jungle en uiteindelijk in El Castillo. Als enige gasten in dit kleine fort stadje werden we op ons wenken bedient door een onzettend aardig hoteleigenaar mannetje. Het mannetje deed enorm zijn best met het ontbijt en daar in was hij zeker geslaagd. Ook zorgde hij ook voor de plaatselijke vogeljes die een plankje banaan kregen. Ja, dit klinkt erg truttig, maar het was gewoon truttig lekker en echt enorm blauwe vogeltjes. Ondanks ik dit serieus bedoel, hou ik nu maar op met beschrijven van deze ontbijtbelevenis..
Verkwikt te zijn van het ontbijt, kwekte wij over invulling van de dag en dus kwakte wij onszelf in twee kano's. Bij het toerist information kantoortje vroegen wij zeer nadrukkelijk om een kayak. 'Geen probleem' en dus inderdaad bij aankomst twee kano's. Na een uurtje peddelen in dertig graden en weinig verrassends te hebben gezien, namen wij weer afscheid van El Castillo en keerde wij weer terug naar het lelijke moerasstadje om de volgende dag de overtocht naar Costa Rica te maken.

Weer een nacht overleefd te hebben met onze bekende vrienden de kakkerlak, verloor ik mijn respect voor ouderen. Nadat de ´alleen maar voordringende kanslozen´ eindelijk hun stempeltje hadden begon de rij in te korten.
Costa Rica zijn we door heen gevlucht maar San Jose heeft ons bijzonder verrast. Een kleine hoofdstad met best grappige straatjes en een niet echt onveilig gevoel, zoals de meeste het hadden beschreven. Costa Rica hebben we niet echt bewonderd, maar ik zal Costa Rica een kans geven bij mijn wederkomst, na Panama.

Panama, het goede begin van het vernieuwde oude Basje. Bocas del Torro, op het mooie eilandje Bastimentos. Eigen huisje, ruimte, balkon met banken en hangmatten, kijkende over zee en een fantastsche Westerse keuken. Bier werd nog steeds verdraagt, cocktails werden gemaakt met blender en Hollandse pannenkoeken werd gegeten midden in het groen en de vele bevruchten bloemen door de niet schuwe kolibries. Vakantie en met ons nieuwe reisgroepje (3 Ozzies en 3 Canadezen) zijn we een dagje wezen snorkelen, dolfijntjes weg gejaagd en belandt op een droomeiland.
Wel weer verder en vetrokken we naar Bouqeut. Een klein dorpje midden in de bergen en bekend om de vele gepensioeneerde Westerlingen. Deze gepensioeneerde hadden gelijk, ik kan het niet ontkennen dat mij die gedachte niet ontgaan is. In een groene vallei ligt het kleine dorpje midden tussen de vele koffieplantages. Met ons reisgroepje hadden we ook een fantastisch hosteltje en hadden we een karmaverhogend avondje in de kroeg waar we op zijn Engels een Quiz spelen voor het goede doel. Voor de verandering hebben we de kater doorgebracht bij de rivier in de hotsprings. Ben nog niet gepensioneerd, dus naar onze laatste stad.

Panama city, de stad waar alles bij elkaar komt, centraal in het land, aanknopingspunt voor vele financiele stromingen, maar vooral de verbinding van de stromingen van de
Caraibische Zee met de Grote oceaan. De stad waar ik het Nederlands Elftal mocht aanschouwen in lokaal koffietentje om half zeven sochtends en waar wij als reismaatjes van elkaar zullen scheiden. Anouk reist verder en maakt haar vader blij met de geplande maar onregistreerde bootreis naar het meest geprezen land Colombia en blijf ik in Panama. Een dikke twee maanden samen gereisd waarbij we veel gezien hebben maar door mijn toestand niet veel gedaan hebben. Ik ben haar dankbaar dat ze gekozen heeft om nog door te reizen tot dit punt en de vele leuke momenten die ze heeft gebracht. Jack Sparrow Bedankt! Ondanks het je zal kriebelen hou het bij 1 boot en blijf van het Colombiaanse goud af!

Dus, naar de San Blas eilanden. Met 4 x 4 door de jungle, door rivieren en word ik met een nieuw groepje mensen gedropt in het moeras. Daar worden we opgehaald door een Kuna familie met een houten bootje.
De Kuna is een Indiaans volk en was daar de oorspronkelijke bewoning. Deze eilandenarchipel bestaat uit 357 eilanden en op een van deze droomeilandjes had ik mijn verblijf. In een bamboo hutje, zonder water, maar twee meter naast het strand was het een waar paradijsje. Op een mooie ochtend dreef er een halve holle uitgebrande boom op ons strandje. Daarin stond een bijna naakte man die zijn kreeften en krabben tentoon spreiden. Voor dertig dolar tien kreeften! Verser kon het niet en volgens mij ook niet lekkerder! Paradijs!

In twee minuten had je een rondje om het eiland gelopen, had je negentien palmen geteld en drie familiehutten. Naast het bekende snorkelen, dolfijntjes bekijken, biertje en of rummetje drinken met een leuk groepje mensen, kozen wij voor de laatste dag om iets cultureels te zien. Op een van de grotere eilandjes had je een stadje/ dorpje waar feest werd gevierd ter vereering van de ongesteldheid (ik heb het niet bedacht). Echt een fantastische gewaarwording. Het Kuna volk is een van de kleinste bevolking op aarde en dit feest was alleen voor volwassen. Dus wij als echte toerist, mochten de grote rieten donkere hut binnen lopen maar we mochten er geen fotos van maken. Bij binnenkomst en mijn oogleden de strijd hadden verloren van de rook en het arme licht, zie ik vele groepjes giegelende mensjes op mij heen. Links een schaaterend groepje oma's en rechts de moppelende opa's. Het was rond vier uur dat wij binnen kwamen en sinds 1 uur smiddags drinken zij rum en roken ze heel veel wiet. Zo nu en dan staan de opa's lallend op en gaan recht tegen over elkaar staan, dan kijken ze elkaar lachend aan en wordt de letter A geschreewd in een opbouwend volume. Uiteindelijk wordt de welverdiende halve kokosnoot met rum naar elkaar overhandigd. Een traditioneel dansje van lik me versje.
Dan is het de buurt aan de oma's en beginnen te dansen (zonder muziek) en laten ze ons zien hoeveel rum ze in een keer kunnen drinken. Vervolgens dansen deze oma's vrij erotisch om je heen en absoluut binnen je persoonlijke ruimte. Dit tafereel leek wel de grot van Dionisius, waar al die kleine mensjes die normaal vrij schuw zijn elkaar omarmen, erotisch dansen en of het bekende stammen dansje doen en letterlijk veranderen in kleuters. Zo lachwekkend, kleuters die echt tot in het laatste haarzakje dronken zijn, die ineens aandachtig van iedereen willen en zie je dus de vrouwtje (oma's) die de mannentjes pesten en dan eindigen met het stammendansje waarbij het lijkt als of een kleuter zijn zin niet krijgt en keihard begint te stampen met zijn voeten op de grond. Geweldig, niet verwacht, maar voor mij de meest primitieve alcoholische cultuurgebeurtenis van mijn hele reis.
Tot einde van de maand blijf ik in Panama en zal ik daarna terugkeren naar Costa Rica waar ik mijn laatste weekjes ergens op een strand zal doorbrengen.

Tot nog een keer,

Viva Hondberoerdas!

Oww, lekker! Zo goedkoop! Zullen we nog zo´n ding halen maar dan bij dat andere straattentje?! Ja, doen we. Oww, lekker, nog goedkoper dan Guatemala, ik mag Honduras wel.

Ik werd wakker met geen enkel elektrisch vonkje in mijn lijf over. Ik begreep er niks van. Sjokkend lopen we door het stadje Copan op zoek naar een ATM, geen enkele die het deed met een pinpas. Gelukkig had Jack op een van haar rooftochten toch nog een creditcard kunnen meenemen en was dit probleem opgelost.
Inmiddels hadden er een aantal lichaamscellen toch wat impuls ontvangen en liepen we naar een uitkijkpunt. Na het een blik gegeven te hebben, verdwaalde mijn zware oogleden al snel in de schaduw van het museum (ruine). Daar stond een enthousiaste jongeman die een snel spaans verhaal door mijn oren heen blies. De lokale kinderen hadden het door en die vonden het leuk om mij te laten schrikken, ook toen ik het inmiddels door had en ook toen ik lang en breed dat museum uit was..

Na een verrotte nacht en lange reis kozen wij voor een hosteltje met een Nederlandse eigenaar. Bij aankomst van dit niks bijzondere hosteltje begreep ik er niks van hoe je ons mooie Nederland kunt verlaten voor dit onaangename stadje La Ceiba. Maar goed een bed is een bed en na dat we toch weer even op de straat hebben gegeten dacht ik alleen maar aan slapen. Onweer, onweer en onweer van het samenspel tussen mij en de toilet en de niet eerder geziende discotheek La Pacha, naast de deur.

Moe en leeg een zeer schommeld bootje op en ander half uur later waren we op het eiland Utila. Bij aankomst zijn we gevleid door een dame die aangaf een Nederlandse vader te hebben en wij als echte toerist zo met de eerste de beste meeliepen. En we boekte ons barakje met een aantal duiken bij een louche duikshop. Overigens ben ik erg blij dat deze halve Nederlandse heks niet in Nederland woont.
In ons barakje boven het water, waar ik de wc teveel gezien had, zag ik toch een mogelijkheid om snachts even te slapen. Mijn powernapje werd kriebelend onderbroken door een dikke kakkerlak over mijn lichaam, of er nog niet genoeg gekakt was..
Het weekje Utila, het leuke eiland heb ik beleefd vanuit de wc, het bed en de douche en het zelfde riedeltje weer opnieuw. Ik heb het duiken geprobeerd maar dat was geen succes.
Dus dan weer lekker reizen met de boot, goed busje, slecht busje en maakte we dit hobbelfestijn af met een tuktuk.
Letterlijk en figuurlijk, in the middle of nowhere (Honduras), begaven wij ons in een klein plaatsje aan een groot meer. Dit plaatsje begaf zich in een klein vochtig microklimaatje en was de start voor mijn tweede ANTIbiotica kuur. Anti was het zeker maar niet voor de kakkerlakken.

Weer werd ik frontaal aangevallen door luchtafweergeschut van de kakkerlakken. Na deze een rechtse hoek gegeven te hebben richting de wc (met doorschijnende douchegordijn) gaf hij eindelijk op zijn rug genade. En toen kwam de volgende.
Mevrouw met houten poot en zwart ooglapje vond dit wel grappig. Dus besloten de kakkerlakken de volgende nacht haar te bezoeken binnen het muskietennet. Over haar goede been naar het ooglapje.
Als volleerd vliegende mierenvanger heb ik mijn horizon verbreed en toegelegd op de kakkerlak. Mijn arsenaal: twee stokken en een geleende haak van Jack. Mijn tactiek: een pootje er af te tikken en vervolgens sprongen ze zelf op hun rug (wel lekker boeddhistisch, dacht ik). Zo kwamen we er achter dat er niet een onder haar bed bewoog maar drie. Helaas bleef ik een eenmansleger omdat mijn parner in crime, de techniek pootje eraf tikken, niet kon toepassen wegens een oud trauma...

Klaar waren we ermee, dus op naar Leon, Nicaragua!

Leon, voormalig hoofdstadje, is een typisch Nicaraguaans stadje met haar typische midden-Amerikaanse straatjes. De straatjes waar relief is uitgevonden. Elke stap is een nieuw epicenter. Elke stap hier, veroorzaakt een nieuwe aardbeving in mijn voedselverwerking systeem. Tot op de dag van vandaag onderga ik verschillende erupties en veroorzaak ik meerdere tsunamies in het rioleringsnetwerk.

Gezien de tweede kuur ook niet aansloeg en paraPietje nog steeds met me meelift, had ik een drukkende drang om dit Pietje echt eens een koppie kleiner te maken. Dus op naar de kliniek! Eerste keer verhaal doen, tweede keer zijn ze dicht, derde keer breng je potje, vierde keer krijg je te horen verkeerd potje, vijfde keer juist potje, zesde keer resultaat en de zevende keer krijg ik dan eindelijk een verwijzing naar het ziekenhuis. In het ziekenhuis moeten we smeken om niet een algemeen medicijn mee te krijgen maar een specifiekje voor Pietje.
Inmiddels kuurtje drie, altijd die drie. Al heb ik morgen de laatste dag, Etna is nog steeds niet minder bekend.
Het reizen en of de medische voorzieningen... ik zeg nog steeds niet dat ze de pot op kunnen, dat doe ik wel. We gaan gewoon nog rustig door en zal hoogstwaarschijnlijk het hele wijsje opnieuw afspelen bij een andere kliniek, dit keer een prive kliniek. Want, Nicaragua heeft nog zoveel moois te bieden.

Tot de volgende,

Met knikkende knieën buiten de gebaande paden

Half drie middags kwam ik gebroken aan in Belize city. Gebroken omdat ik zes uur ochtends vertrok, half vier mocht inchecken en dus rond elf uur avonds de bankjes bij elkaar schoof om een bedje te maken in de vertrekhal van San Diego.

Ondanks de hartelijke niet-welkome ontvangst verliep het zeer soepel en wuifde ik met mijn tassen naar de rijdende oplichter. Zonder gegeven fooi, zette hij mij af, op de pier in Belize City. Een geen welkome stad voor een eerste kennismaking van midden Amerika. Na twee uur wachten op de pier nog geen nieuw reismaatje maar wel een open mond van het gebeuren om mij heen. Vele onfrisse lallende personen gaan naast je zitten en boden mij een lift aan. Met knikkende knietjes zat ik naast een dronken bestuurder. Bij aankomst van het hostel zag ik twee mannen de straat vegen waarvan ik hoopte dat het niet de eigenaren waren. Natuurlijk was een daarvan de eigenaar die nooit van zijn leven zijn straatje schoon zal vegen. Na een eigenaardig kennismaking gesprekje wees hij mijn kamer (dorm) aan op de bovenverdieping van het houten huis. Daar sliep al een Amerikaans meisje die ik niet wou storen. Verveeld begon ik een praatje met een Chinese vrouw die daar al twee weken woonde en geen woord Engels sprak.

Wakker blijven was het doel, dus dat tergende en energie kostende gesprekje beëindigde ik snel en ging ik even naar beneden om te kijken of ik er wat water kon kopen. Ik sprak die gekke Amerikaanse hostel eigenaar aan en we starten een zeer raar onderonsje. Gezien ik niks te doen had en dacht; ''je weet nooit wat het je brengt'' gaf ik antwoord op zijn vreemde vragen en kon ik het nog niet kloppende gevoel verklaren. Na de schaamte van zijn vragen gepasseerd te hebben, stapte zijn gekke vrouw binnen. Direct begon ze te schreeuwen; ''Are you ripping off your customer again'' ,ah gezellig leuk dat je er bent ''Do you need more money for your COCAINE!'' Er werden decibellen geraakt die zelfs de hond niet meer kon horen. Dus ik gaf aan dat ze wel wat quality time konden gebruiken en ik graag dit feest van het balkon wou horen.

Dit gekkenhuis in ''Verlies City'' met steeds meer donker wordende schaduwen creëerde bij mij een verontrustend gevoel over de nog te komen reismaatje. Na een paar uur wakker gepraat te zijn door het Amerikaanse meisje, kwam dan eindelijk mijn reismaatje. Met lang stuk textiel in het haar, stapte ''Jack Sparrow'' tetterend in het Spaans uit de taxi. Opgelucht dat Anouk eindelijk rond negen uur arriveerde. Een zegening om niet nog een nacht daar te verliezen.

Gelukkig Caye caulker, ontspannend. Leuk eilandje omringd met mijn favoriete kleur en een heel leuk klein Caribisch strand barretje waar we met zijn vieren de dag met een goed gevoel hebben verloren. Wakker worden met ''Bugmagnet''. Op haar arm geen doodskop tatoeages maar een kaarsrecht patroon van rode bultjes...Bedbugs..vlooien...
Met rode bultjes op de zeilboot om de riffen rond het eiland te bezichtigen. Erg leuk, vooral onze NL's ontmoetingen, die ervoor zorgden dat wij avonds een prima maaltijd hadden met de vloeiende rum! Perfecte afsluiting voor Belize, dus met iets mindere knikkende knietjes naar Guatemala.

Op het eiland kwamen we erachter dat we beide het erg leuk vinden om zo goedkoop mogelijk uit te komen. Maar bij de grens van Belize naar Guatemala geloofde ik mijn ogen niet. Vanuit het niets nam Jack Sparrow een sprint en dook door de douane... ze keek niet om en passeert rennend de tweede balie....Ik dacht: ''ja, ik vind het ook veel geld om een land binnen te komen'' maar om een sprint te nemen en er denkt mee weg te komen...Ik had het mis, als een echte rum drinkende piraat had ze haar paspoort op het dak van het busje laten liggen...(Ronald, je kan wel 100 keer zeggen om voorzichtig te doen, maar..)

Vol met waanideeën reed ik Guatemala binnen en zat ik gedekt in het busje. Daarentegen zat mijn reismaatje hangend uit het raam.. Door het platte land bedekt tussen het groene en haar heuvels met hier en daar een lachend mens. Toch liep ik nog met mijn tassen aan mijn lichaam vast geknoopt het eerste hotel in. In Flores verloor ik langzaam mijn knikkende knieën en begaf ik mij zelf op een lokaal marktje. Een van de dagen in Flores hebben wij gespendeerd aan Tikal. Tikal een oude en zeer mooie Maya ruïne, erg indrukwekkend maar lang genoeg. Terug weer in het leuke Flores. Het vertrouwde schiereilandje met haar leuke pittoreske straatjes, steigers en waar een liter bier twee euro kost! De steigers waar we middags vanaf sprongen met de lokale bevolking en andere reizigers voor de verkoeling.

Toch weer even goedkoop doen en dus bevonden wij ons buiten het schiereiland in de supermarkt van Santa Elena. Daar kochten wij ons eten en presteerden wij het om als eerste Westerse toeristen geen genoeg geld mee genomen te hebben, bij de kassa. In dit derde wereld land moesten wij bij de kassa een aantal producten weer terug brengen om de rest te kunnen betalen...Vervolgens discussieerden we bij een IJscokarretje over de prijs van een leeg bekertje die we nodig hadden voor het ontbijt...Maar NL, maakt u zich geen zorgen, nadat ik wakker werd met het briljanten idee om lepeltjes te snijden uit de eerder verkregen koffiekopjes, wisten we dat we inderdaad erg door sloegen.

In de bus met elf man naar Lanquin waar we verbleven in bamboehutjes. Onderweg bij een stop in Coban zagen we een jong Engels stel met een pasgeboren baby (zes maanden). Tegen elkaar zeiden we dat we het knap vonden maar er niet aan moesten denken. Een paar uur later deelden we met dit Engelse gezinnetje onze kleine bamboehutje. Dat heb je met karma....Maar dit Engelse gezin was absoluut een verblijing en klikte dit meteen. Ik voelde me schuldig toen het mooie kindje weer nachts begon te huilen en zij dus schuldig voelde daarvoor en dus erg vroeg vertrok. 's Avonds weer met ze gegeten en aangegeven dat het voor ons geen probleem was.

In Lanquin hebben we het achtste wereldwonder (Semac Champey) mogen bezoeken en bereikt door het plaatselijke veevervoer. Bij de berg op, schoof de meegebrachte lading naar beneden waardoor ik heel gezellig heb gezeten met een hele oude oma, de hele weg.
Volgende dag maakte we het negentigste wereldwonder mee en mochten we met veertien man in een minivan, naar Antigua. Guatemala! Antigua, erg toeristisch maar met een reden. Naast een aantal dagen genoten te hebben van ons hostel en het stadje hebben we Antigua perfect afgesloten met een hike op een vulkaan. Deze lichte beklimming hebben we met een ontzettende leuke groep gedaan en had deze tocht een misselijk makend hoogtepunt door het teveel eten van onze eigen verbrande marshmallows.

Verder het tijdspad beklommen en kwamen aan in Lago de Atitlan, San Marcos. In dit kleine dorpje was alles vol, dus sliepen wij de eerste nacht in de kamer/ huis van een van de hostel eigenaars. Ranzig bed, geen ramen wel overlopende wc, in een dorp waar een festival aan de gang was van een week. Het festival van schreeuwende muziek en elk uur van de nacht een enorme explosie. Geen oog dicht gedaan, maar we vonden de volgende dag een droom hotelkamertje. Gerust maar toch besloten om eerder weg te gaan dan gepland. Elk uur schrok je echt rot en als klap op de vuurpijl werd er een toespraak gehouden met religieuze onderwerpen rond zes uur ochtends. Dus wij vertrokken naar San Pedros waar wij een redelijk hosteltje hadden aan het meer omringd met vulkanen. We eindigen Guatemala weer in ons hosteltje in Antigua. Hier met zijn allen geproost op Guatemala en onze reis naar Honduras.

Guatemala heeft mij doen smelten van mijn knikkende knieën, versmelten in het land en het begin van de Latijn Amerikaanse cultuur. Het echte reizen weer, eindelijk.

tot de volgende,

LA, all the way

Eindelijk op het vliegveld van Nadi, Fiji. Al kon ik het niet geloven, toch nog de 20ste weg. Geluk dwing je af, dus rustig na mijn ontvangst,deticket weer verloren! Opnieuw inchecken en na een hoop gekloot mocht ik vliegen!
Aankomst op LAX verliep zeer voorspoedig. Geleiddoor een aantal mensenbereikte ik zonder enkele moeite mijn leuke hosteltje in Santa Monica. Met een klein jetlagje bezocht ik direct Venice Beach. Venice bracht mijhet meest opzienbare straatleven en gaf een goede indruk van L.A. Het drukke en dynamische straatleven heeft tal van kleine subcultuurtjes met echt tientallen gekken en iedereen is een artiest. De een nog gekker dan de ander dus ik met mijn normaalheid had het wel weer gezien en dookde eerste beste steeg in om mijn terugweg te starten. Daar in het steegje liep al een meisje en reageerde direct door aan de andere kant van het straatje te lopen, en bedankt...

Volgende ochtend bij het ontbijt kreeg ik aanspraak van Frans Canadese jongen, Tommy. Aardige kerel maar had al snel genoeg van het praatje dus op Culturele exploratie: Down town, walk of fame, beverly hills en rodeo drive. Meer dan genoeg om een keer te zien, het grootse viel me een beetje tegen zo ook de opgeblazen en plastic mensen.

Maar dan, San Fantastico, de stad die terecht San als onderdeel van haar naam heeft gemaakt. Sydney heeft haar nummer twee positie verloren en San Francisco (SF)staat er geankerd. Al had ik de eerste tien minuten niet die indruk. s'Avonds werd ik gedropt in het kleine maar mindere stukje van SF. Vele hostels waren vol vanwege de spring break en ik liep te zoeken tussen de vele dakloze mensen naar een slaapplek. Dit keer liep ''ik'' van de ene kant naar de andere kant van de straat en kreeg ik als nog vele vragen, opmerkingen en handgebaren.
Frisco en fruitig wakker worden met de zon die geen enkel sprankeltje van de verleden duisternis overliet. Na informatie gekregen te hebbenover welke blokjes ik niet meer hoeft te doen en voortaan een blokje om mag lopen, heb ik in een dag de bekende plekjes van SF ontdekt. Het mooiste van deze stad zijn de lange beboomde en heuvelachtige verbindingen tussen deze trekpleisters. De hele dag heb ik met jaloerse gevoelens rond gelopen op de mensen die haar bezitten.

Tot mijn grote schrik kom ik een paar dagen later de Frans Canadees weer tegen bij het ontbijt. Een korter gesprekje maar behaaglijker. Toch kon ik niet ingaan op zijn uitnodiging om de stad te verkennen, aangezien ik dat al had gedaan en ik met mijn kamergenootjes (een Italiaan weer en een Japanner) een museum zou bezoeken. Museum erg leuk, maar nog vermoeiend van de avond daarvoor en dus besloot ik al te vertrekken. Bij aankomst in mijn hostel loop ik de Frans Canadees tegen het lijf, dus even sociaal doen en gaf ik antwoord. Een antwoordwaarin ik mijn plannen voor de volgende dag verklapte. ''O'' can I join you...Ik dacht sociaal doen, help ik nu eens een ander en misschien toch best gezellig. Ik gaf hem wel aan dat het een pittige fietstocht zou gaan worden en ik hoe dan ook, deze tot het einde zou volgen.

Geen helm, wel een mooie hybride fiets, startten we vanuit het middenvan de stad. Lekker op zijn Amerikaans door het drukke verkeer tussen de hoge gebouwen. Super..tot datdie gillende keukenmeid achter mebegon te blerren dat ik te snel ging en of ik het niet eng vond...
Vervolgens door de parken en over de Golden Gate Bridge kwam ik sneller tot een helder inzicht dan verwacht: Volg je gevoel, je wist in L.A.AL, niet jouw persoon.Dit ligt niet aan hem, maar wel aan mij.
Natuurlijk heb ik me keurig ingehouden, sociaal gewezen en geprobeerd mijn gevoelige snaren wat te ontspannenop moment ik zijn slechte Engels in een nasaal, neuriend klank geluid aanhoorde. Maar, moet geschreven worden, de beste man deed niks aan sport en heeft toch elk bergje meegepakt tot aan het bekende Muir Woods met boompjes van 100 meter en meer. Ik heb mijn longen uit mijn lijf gefiets want ik gaf aan dat we de moeilijkste stukken het bestein ons eigen tempo konden doen....

Na een te korte week in SF te hebben geleefd stond ik te wachten op het vliegveld en keek ik naar een videoscherm waar ze live verslag deden van de laatste 25 meter achter de gesloten deuren. De deuren waarbij mijn familie na de 25 meter te hebben gepasseerd, zou doorbreken. Op het scherm zag ik ze aankomen lopen en zag ik de zenuwen in het gezicht van mijn moeder en kreeg ik het gevoel dat mijn vader, Kwik, Kwak en Plak (broedje Ruben en gewaardeerd schoonzusje Miek) erg goed zijn Aangekomen. Doordat het een lachwekkend gezicht was, jaloerse blikken mocht ontvangen van de verloren kilo's, was het al snel als nooit tevoren.

Met mijn vermoeide nieuwe reisgenootjes naar Santa, Cruzsde we naar een avond vol verhalen en openbaringen.
Big Sur, een gebied dat gerenommeerd is om haar uitzicht en de unieke combinatie van berg en kustlandschap. De eerste dag, na eindelijk voor hun wat nachtrust ondervonden te hebben, waren wij als eerste familie die daar de hele dag door dikke mist heeft gereden. Als nog onder de indruk en dat ook van de vriendelijkheid van de Amerikanen. Negen van de tien Amerikanen vragen waar je vandaan komt en of ze je kunnen helpen. Zo ook, een Amerikaans stel, die na het vermakelijke gesprek in het restaurantje (op clif met uitzicht op mist en soms hele grote wolken), meeliep naar buiten om vervolgens hun zelfgemaakte collectie kleden te tonen. Ontzettend groot en spuug en spuug lelijk maar verblijde ons methet idee dat er toch nog een lelijker uitzicht bestond voor die dag.
Dan maar een afslag pakkennaar een dorpje waar Clint Eastwood burgermeester was. Zeer pittoresk eneen rijkdorp waar we als echte ramptoeristen weer werden aangesproken door een mevrouw wat weer veel te lang duurde. Al duurde dit gesprek niet zo lang als de op dat moment makende homevideo, waarbij wij genoodzaakt waren onzeeigen cameraman vooruit te Douwe.
Via Santa Barbara, een omweggetje gemaakt door weer onbegrijpelijk mooi landschap waar wij ons respect betoogde aan de deur van het eerdereNeverland van Michael Jackson. Bij het rechts om keer gaan voor onze eigen weg werden we begroet door een klein geel groen kolibrietje. Over de zesbaans snelwegen bleven wij ons verbazen over de schoonheid van de kustweg naar L.A.

Alweer aangekomen in LA en dacht:'hoe kan ikmijn culturele kennis van deze stadnog meer uitdiepen'...Ja wel hoor, met de hele familie voor lul in een busje met open dak en luidspiekers door beverly hillsom deonbewoonde huizen van de walk of fame sterren te bekijken... Onze periode in LA was ook weer uniek want het was er nog nooit zo koud geweest.
Lekker warm in de auto reden we door de open woestijn met haar eenzijdige kleur, richting de Grand Canyon. Na Californië kom je in zeer strenge en conservatieve staten terecht waarbij vele de hobby mierenneuken beoefenen. Zo ook troffen wij een aanhangeren hield hij ons aan met een hele lelijke hoed waarbijRuben de waarschuwing kreeg de TomTom niet het midden van de voorruit te plaatsen maar aan de zijkant.

DeGrand Canyon is alles behalve mierenneuken en val jeer gelukkig niet inmaar wel in de ene verbazing na de ander. Op een van de paden daar werden we verrast door een kudde herten die geen enkele vorm van schuwheid toonde. De hertjes leven blijkbaar naar de toegankelijkheid van de mensen in een land, zie daar de Nederlandse hertjes.
Na weer een prachtige rit gemaakt te hebben van Grand Canyon naar Monument valley, hebben we onderwegnog een stopje gemaakt om de Grand Canyon in een vorm van een krater te mogen zien met een steeds nauwerder wordende Colorado rivier. Daar viel het mijn moeder op hoe stil het daar was, zo stil dat het een gevoel werd. Zoals u begrijpt liep kwik, kwaken plak achter en bood het de mogelijkheid omde stilte te laten manifesteren.

Monument valley, het landschap van Roadrunner, Lucky Luck en vele zaaie wild west movies, verlieten wij om nooit meer te vergeten.

Einde van de middag kwamen wijmet zonneschijn aan in Zion national park. Daar plande wij voor de volgende dag een fietstocht met windkracht tien en geenzon. U raadt het al, ook dit was voor deze periode ongekend. Gelukkig de volgende dag bij vetrek, volop zon.

Viva Las Fake-gas, de stad van Kwik, Kwak en plak, de stad waar mensen leven op de strip om vervolgens volledig uitgestript te worden. Ook de stad waar mensen fotos maken van hotelsteden als of het een natuurwonder is en maakt men fotos van een nagemaakte eifeltoren en oud Europesefontijnen als of het kunstschatten zijn. Het is daar de kunst om de stilte te ervaren. Zodra je je op het stukje begeeft van drank, sex en goedkoop volk, hoor je herrie. Vluchten naar je hotelkamer en in de lift hoor je herrie.

Ik zit nu wel te zeiken maar in de casino's gratis drank! Maar ik heb mijn periode met mijn familie met volle tevredenheid kunnen afsluiten. Douwe, Leentje, Rubje en Miekje bedankt voor jullie aanwezigheid, gezelligheid en de moeite die jullie hebben genomen ommij op te zoekenhalverwege of begin van mijn reis...En Rutger natuurlijk voor het oppassen van Jaapie.

Nu, in San Diego, via alweer L.A. Ik kwam LAbinnen via west vertroknoordelijke richting, kwam weer terug uit noordelijke richting, vertrok naar oost en kwam weer terug uit oost en sloot het af om te vertrekken langs dezuidelijke richting. Kortom, L.A. een keerpunt, een kruising eneen doorgang. Ik heb het gevoel op nieuw te beginnen en dater een hele nieuwe reis op mij staat te wachten in Midden en Zuid Amerika.

Tot de volgende,

Een perceptie en twee dimensies

Afscheid genomen van mijn vierlanden reismaatje Martin, op de bus naar het vliegveld en stapte ik uit in het tropische Fiji.

Op mijn bed vond ik een briefje en een sinasappel met de aanwijzing dat mijn Duitse vrienden mij verwachten op het strand. Na zo'n vier en half maand niet gezien te hebben stond als vanouds de fles rum klaar en was het ijs snel gesmolten.

Zij hadden alles al uitgezocht en waren benieuwd naar mijn reactie en gelukkig dachten we alle drie hetzelfde: ‘' iedereen kiest voor west dus wij kiezen voor oost.'' De eilandgroepen aan de noord oost kant van de Fiji eilanden.

Na een reis van 27 uur waren beland op ons uitgezochte rustige en paradijselijke eilandje. Vanuit dat eilandje bezochten we dagelijks andere pareltjes en waarvan ook een werd bezocht door Mel Gibson en hij verwoorden het als ; the perfection of charming''.

En de beste man had gelijk. Eilanden zoals ik ze nog nooit had gezien en alleen maar op gehoopt had ze nog steeds bestaan. De populairste activiteit van deze eilanden hebben wij zeer goed beoefend en dat was ‘'niks doen'' gewoon relaxen, kleine hikes gedaanen stil gestaan van hetgeen we zagen. Vooralde kleur en helderheid van het water, de transparante verscheidenheid in de kleur blauw, kon mij er niet meer van weerhouden en ben ik wezen snorkelen, hetgeen eigenlijk voor 6 weken verboden was.

Op het strand liggen, onder de wuivende palmen met haar vele kokosnoten die elke middag vers werden geplukt en mij maag vulden. s' Avonds na de dagelijkse volleybal dronken we ons eigen bier in combinatie met de lokale kava. Hierdoor was hetslapen een toetje van de dag! Wij drieën en een ander Duits meisje waren de enige gasten op dat eilandje. Bij vertrek werden we dan ook zeer warm uitgezwaaid met lange ongemakkelijke knuffels.

Op naar een iets groter eiland en langzaam richting de terugreis (Nadi). De dag daarvoor gaf de hoteleigenaar al aan dat er een cycloon op komst was, maar dit was geen probleem voor de ferrie.

Aangekomen op het grotere eiland en gesetteld in de enige logde in het Fijiaans dorpje. Daar hebben we de coastel walk hike gedaan die eindigde bij een prachtige waterval. Het laatste stukje moest je door een kleine canyon zwemmen en passeerde je de lava gesteente poort en kwam je terecht in een omgekeerde trechter waar het water in het midden naar beneden viel, wat plukjes groen aan een zijde zichtbaar werd en waar we onderaan op de cirkelvormige rand konden zitten. Daar zagen we de waterval van elke hoek en hadden we elkaar niet meer nodig. Een cadeautje of een goedmakertje van god voor hetgeen ons stond te wachten.

s' Avonds, als enige toeristen werden we uitgenodigd voor de wekelijkse dorps Kava avond. De schoonheid van het eiland vertaalt zich niet alleen in de natuur maar ook in haar mensen. De oprechte glimlachen, interesses en saamhorigheid, ongekend. Ook het dansen is niet iets waar aan je kan ontkomen. De pittige oude dorpvrouwtjes sleuren je van je zitplaats en dan mag je gaan dansen in het midden van de andere rituelen en laten ze je niet meer gaan. Tot nu toe, is de Fijiaanse cultuur de meeste vriendelijke en open minded, die ik tijdens het reizen heb ontmoet.

Vermoeide wakker worden in de zware regenval, reisden we naar de andere kant van het eiland om de volgende dag de eerste ferrie te pakken. In de receptie van ons motel kregen we te horen dat de ferries gecanceld waren vanwege de cycloon. Vervolgens direct het vliegveld gebeld en zij gaven dat alle vluchten vol zaten... Rennen na het internetcafe, gemaild met thuisfront en het reisbureau (op een zaterdag) en hopen op goede zegen.

Ik wist dat de lijn of grens tussen liefde en haatfilter dun is. Wist niet dat dat ook gold voor paradijs en haar tegenhanger.

Wakker worden met extreme windstoten ging ik weer naar de hoteleigenaar: '' ferries, airplanes? and is this the cycloon?'' lachend gaf de hoteleigenaar antwoordt:'' hahah, no this is not the cycloon, tonight, a hurricane! haha''

Wakker worden werden met een meertje in de voortuin en een geplukte achtertuin, lachende Fijianen op de straat en nee, nog steeds geen hurricane. Maar dan rond 19.00 uur op de 15 van maart kwam hurricane Thomes langzaam binnen en brak rond middennacht de hel los. Rond 02.30 uurwas het in eens muis en muis stil en verdween de druk. In eens had je het gevoel in een vliegtuig te zitten en dit verschijnsel bleek veroorzaakt te zijn doordatwe op dat moment in het oog van cycloon bevonden. Zeer apart.

Wakker worden met het bekende meertje, alleen nu in de huiskamer en lag alles plat. Geen communicatie meer mogelijk.

Teleurgesteld in mijn eigen denken want ik zag de ''bui'' al hangen. Wel of niet mijn vlucht verzet en indien wel, dan is de kans nog steeds erg groot deze ook te missen. De gedachte maakte me wakker en liep ik met gebogen hoofd over straat en zag langzaam de ravage. Vele huizen (wat wij in NL hondenhokken noemen), marktstalletjes ingeklapt en het schaarse schooltje miste een klaslokaal. Door deze hurricane zijn er op de Fiji eilanden 70.000 mensen dakloos geworden en worden er 13.000 in medische nood opvangtehuizen verzorgt. Op ons eiland was de jettie ingestort en het hele vliegveld om ver geblazen.

Hoe erg ik het ook vond, ik dacht nog steeds aan mijn eigen situatie en daarvoor mijn excusses. Mijn eigen situatie dat mijn hele wereldticket (bij no call, worden de overige vluchten ook ingetrokken)naar de klote zou zijn en de situatie met de twee Duitsers 12 uur lang met elkaar in een hokje zitten van 4 bij 2. Deze situatie deed zich al nu zo 4 dagen voor en het vooruitzicht was het dubbelen. Ook had ik vier dagen daarvoor een zeer openhartig gesprek met een van de Duitsers met de gedachte de volgende dag te vertrekken....Gezellig!!

Al met al een zeer gewaagd maar ongevraagd menselijk experiment waar ik niet in ben geslaagd. Mijn vrijheidsdrang is me zo'n waardevol goed, maar op dat moment wou ik dat mijn vrijheidsdrang ergens was opgeborgen. Wie is er wel in geslaagd?

Absoluut de Fijianen.Tot op de dag van vandaag lachen ze enzijn ze met iedereen gelijk. Voor hun ben je geen toerist maar mens. Een dag voor de hurricane en ik op het punt stond WWIII te gaan beginnen of het bewijs voorhet bestaan van heksen te openbaren, koos ik voor een stukje te gaan hardlopen. Ja, dit was inderdaad weer een echteBasje klassieker en dat was gekkenwerk. Na zo'n twee minuten keerde ik om maar werd ik nu ondersteund doortwee Fijianen die een sprintje wouden doen, op hun blote voeten. Na mijn verlies kreeg ik een hand en een lach en wenste hij mij succes met de komende nacht!Dat is voor mij de Fijiaan!

De dag naar de Hurricane hebben we de hoteleigenaar en zijn zonen geholpen met opruimen e.d. en heb ik hetbijgelegd met de vrouwelijke Duitser. Gekalmeerd en proberen te accepteren dat we niks konden doen en alleen maar wachten kozen wij de dag door te brengen met Kava en was elk klein narcotisch momentje leuk meegenomen. S'middags hangen we netzoals de Fijianen op ons stoepje en zien we het leven voorbij. De dorpjes zijn net mensen, heel langzaam benaderen we het en groeit de interactie door s'avonds mee te doen aan de volleybal en s'middags met de hele communitie te zwemmen in het riviertje.

In totaliteit vijf weken geleerd en geleefd inBuddhistische centra's waar Karma een van de centrale en terugkeerde thema's is.Voordat ik nogniet een stap in Fiji had gezet, verkneukelde ik mij al met delezers van mijn weblog in gedachte bij hetzien van mij fotos, zonder verhaal maar met een zinnetje: '' wat kan ik hier nog aan toevoegen, Werkse''

Al met al een zeer bijzondere tijd, ervaring en natuur gezien. Ook met de Duitsers een prima tijd gehad en hebben we elkaar snel leren kennen, maar nogmaals fantastisch mensen. Dit zeker voor de Fijianen!

Maar benblij dat ik vanavond op het vliegveld ben om mijn vlucht naar VS te pakken,

tot de volgende,

Toch een Teken,

Uitgezwaaid door de dolfijnen in Kaikoura op weg naar Picton voor de ferrie naar het Noorder eiland en aankomst in Wellington. Begin van een nieuwe fase in mijn reis in Nieuw Zeeland.

Tegen alle verwachtingen in, heb ik mij erg goed vermaakt in Wellington. Na mijn idee een zeer idealistisch hoofdstadje om in te wonen. Het heeft een zeer compact centrum, het ligt aanzee omringd doorbergen en heeft eenhoog gehalte aan gezelligheid gecreerd door vele kroegjes, restaurantjes en terassen. Maar een dag was meer dan genoeg, dus op naar Napier aan de oostkust en bekend om de wijnen. Ook hier waseen dag meer dan genoeg en heb ikgenoten, want dezedag wasvolledig door de regen volgegoten. Door deze zware regenval stonden we de volgende ochtend drie en half uur te wachten op de enige en niet meer rijbare snelweg naar Taupo. Toch aangekomen in Taupo. Taupo zelf is niet gek bijzonder maar ligt aan een reusachtig meer en het dorpje zelf wordt gescheiden door een extreem blauw riviertje met watervallen en hot spings.

In Taupo alles geregeld voor, de in eerste verwachting, mijn eerste track alleen. Vijf uur s'ochtends ging de wekker en werd ik door een ontzettend vriendelijk Maori omaatje opgehaald en reden we naar een ander hostel om daar de laaste twee passagiers (van de drie) op te halen en ons tevervoeren naar het National Park voor de track ‘'Tongariro Alpine Crossing‘'. Deze passagiers waren twee Nederlandse damens die elkaar twee dagen daarvoor hadden ontmoet. Van het begin af aan klikte het en besloten we ook snel om deze onvergetelijke tocht als drietal (voor mij niet onbekend) te ervaren. De Alpine crossing kent vele vulkanen en de bijbehorende kraters. De grootste vulkaanheeft haar faam gekregen door de film LOTR, waar ze te zien is als het huis van Mordor.

Directbegon de track in een voor mij onherkenbaar landschap. Door grassige vegatatie, zwart gesteenten een klein beekje volgde we ons pad in de vallei richting de vulkaan. Aangekomen op een punt waar je kiest of verder te gaan met het oorspronkelijke pad of je gaat voor het echt werk en beklimt de vulkaan als extraatje. Vrijwel niemand deed dit en ik wou dit heel graagen de damens wouden het proberen. Ondanksde aantal tracks die ik inmiddels hadgelopen en geklommen was deverwachting dit zonder strubbelingen te volbrengen.De klim naar boven was zeer stijl metzeer scherpe losliggende rotsen.

Zo nu en dan kwamen we mensen tegen en die zeiden elke keer hetzelfde: ‘'Nog een half uurtje, maar het is het waard''. Halve wegen hebben we even toegeven aan ons vermoeide lichamen en kwamen we een Engels man tegen die zich vervolgens aan ons groepje voegde. Uiteindelijk hadden we de top bereikt, zittend op de rand van de krater en kijkend naar een ovaal schilderij met zeer ongezonde kleurtjes. Fantastisch om te zien en wat waren weblij dat we boven waren. De hoe en de duur van de terugreis leekwel de staatsbegroting, totaal misgerekend. Dit bleek nog veel moeilijker te zijn dan de heenweg en kost ons alleen al drie uur. Ondanks de zwaarte maakte ik graag even een stopje om de opkomende klimmers aan te moedigen met; ''nog een half uurtje, maar het is het waard'' heerlijk. Onderweg ontmoetten we een Duitse vrouw die haar handen had open gehaald tijdens een valpartij. Een van de Nederlandse damens had verband bij zich en besloot terug te lopen naar het beginpunt waar de Duitse vrouw haar tas hadmet water. Zij liep mee en wij bleven achter op een ander punt. Door verschillende interpretaties is de groep gesplits in twee en liep de Engelsman met een van de damens en ik met de ander. We snapten er helemaal niks meer van en zodoende zijn ook wij weer verder gaan en ondanks de splitsing hebben we een fantastisch dag gehad en genoten van de verschillende kraters en zwavelmeertjes. Tussen drie en half vier zou onze pick up er zijn, zes uur kwamen wij aan en gelukkig stond daar het ander Nederlandse meisje en ons lieve Maori Omaatje die nog steeds erg lief was ondanks het lange wachten.

Wakker worden met 28 jaar, niet bij nadenken en ervroeg uit.Op weg naar Rotorua, daar met een ander Nederlander een thermal park bezocht, taartje gegeten en de 28 jaar overzien. s‘Avonds na het eten hoorde ik buiten een erg leuk muziekje. Ik dacht, kan mij het schelen en volgde de muziek en kwamuit in een klein kroegje waar een Maori bandje Soul stond te spelen. Super sfeertje en vraag me niet hoe maar ik eindigde mijn verjaardag niet met mijn eigen familie maar met een zeer gezellige Maori familie.

Wakker worden, de bus in en op naar Mount Maunganui waar ik had afgesproken met twee andere Nederlandse damens om op het strand een wijntje te drinken en de zonsondergang gaan te bekijken bovenaan op de berg.

Na een gezellige Nederlandse avond te hebben gehad op naar het een na laatste plaatje van mijn reis in Nieuw Zeeland. Coromandel een stadje maar ook een schiereiland en bekend om de vele hippie communities, organic farming en Mahamudra. Mahamudra is een Buddhistisch retreat center waar ik drie weken als vrijwilligerheb gewerkt. Deze drie weken waren zeer bijzonder en heeft een apart hoofdstukje in mijn reis gekregen.

Het Buddhistisch parkje lag prachtig gelegen tussen de lichtgroene heuvels en de donker groene bergen. Een klein Buddhistisch communitie waar alles zelf werd verbouwd. Zelf het brood en de yoghurt maakten we zelf. Aan het einde van het park stond de Lounge. De Lounge, een groot houten huis omringd met groot balkonen uitzicht op de vallei.Binnen washetzeer huiselijk ingericht met een grote open haardwaar we aten, Dharma films keken en of aan het lezen waren.

Met mijn nieuwe Duitse kamergenootje, die mij al snel de keel uit hing, begon ik aan mijn eerste werkdag. Verschillende massale houthopen mochten wij transporteren van de ene onlogische plek naar de ander. Aangekomen op de onlogisch plek mochten we vervolgens het hout verkleinen tot een maatje gebruiksklaar voor de openhaard. Ik dacht dan ook ''waar ben ik aan begonnen'' Wat een takkenwerk! Op dat zelfde moment groet er iemand achter mij en het was Martin en tekende ik voor de derde week.

Ook hij zocht werk als vrijwilliger bij een organic farm en vondt het. Helaas was deze farm iets te organic en liepen de ratten onder zijn bed vandaan. Toeval bestaat niet meer en dus speelde dit drama zich 10 km van mij vandaan en kwam hij na dit fiasco terecht in een klein hosteltje 50 meter naast Mahamudra.En zo ontstond er een nieuwe periode met Martin en mij. Ook Martin moest er aan geloven en begon dus het programma zonder alcohol en een volledige ditox kuur, hetgeen Martin de bijnaam gaf; Fartin.

In OZ was het de boeren buddha's, hier is het de wannabeahippies. Onze dag begon met een begeleide meditatie van drie kwartier en een kleine teaching, ontbijtje en maakten we ons klaar voor het echte monnikenwerk. Dit monnikenwerk varieerde van hout sjouwen, tot omkruid wieden en of giftige planten verwijderen. Elke keer keken we weer uit naar de lunch. De lunch maakte de afbeuling dan ookcompleet goed.

Als blije hippie (geen gel, wel baard enblote voetenwerk) manoeuvreerde ik mij onbezorgd door de struiken en grassen en was ikzo blij met de gedachte; '' hier geen teken''. Tot dat in de tweede week er iets opvallend aan een van de oren hing van de huiskat (ten) en toen begon de nachtmerrie. Een teek..God........de kler.......alle Jes.....nog aan toe. Klaarblijkelijk zijn deze pokkebeesten gewoon in NZ. (Buddha zegt;respect voor alles wat leeft. Daar dus niet voor).

Ook hadden we hier een oud vrouwlijk huisgeitje die mij niet mocht. Dit kwam goed uit want ik vond het een smerig beest en Fartin vond het leuk om het een appeltje te voeren. Dus vroegen ze op een zekere ochtend of Martin en ik het geitje konden verplaatsen naar een ander grasveldje. Tuurlijk, dat appeltje hebben we zo geschild. Martin achteraan en ik hield de ketting in het midden vast met de bedoeling het te sturen. Vanuit het niets begon de geit te rennen naar een appelboom en ik dacht; ''Dacht het niet'' en gaf het dus een ruk om aan te geven dat ik de baas was. Rustig stopt het geitje, draait zich zeer zorgenloos om, komt rustig op mij af, loopt om mij heen en in flits rent de geit weer naar de appelboom waardoor mijn enkels bij elkaar werden geknepenenik met eensmak op de grond kwam en mij mee namonder aan de appelboom. Dit overigens ookdoor de medewerking van Martin die het niet zosnel in degaten had en dus ook niet los liet... Met die schaafwonden was ik een heerlijk hapje voor de tekens en liep ik de rest van de dagen als astronaut door de gevreesde grassen en struiken.

Maar, nee de organische pret hield nog niet op. Want op een andere dag kregen we in de gaten dat de slaapkamers vol zat met vlooien. Hoi! hoi! hoi! Ik heb alles naar buiten gegooid, de bedden, de matrassen echt alles en ben begonnen aan de le mans 24uur stofzuigrace. Rub, maak je geen zorgen, tegen de tijdwij elkaar in Amerika treffen is zeker de helft niet meer bij me.
Naast deze organische pret hebben we ook genoeg andere dingen gedaan, zo waren we in de gelegenheid om dagelijks prachtige hike's te doen naar verschillende watervallen of gewoon lekker te relaxen op het strand. Al met al een fantastische periode, leerzaam, fysiek en hadden we het echt gezellig met een zeer gevarieerd team. Mahamudra opende, raakte mijn hart en heeft er een verdiend plaatsje gekregen.

Vanuit de rust, paradijselijke natuur en ontzettend lieve mensen loop je weer doelloos tezoeken in Aucklandnaar een geschikte Maori tattoeerder waar ik enorm moest wennenaan aldie herrie endrukte. Gelukkig na een dagje kon ik er weer mee omgaan en ontmoetteik weer mijn Italiaanse vrienden waarmee ik inOz heb gereisd. Gister eindelijk mijn tattoo gevonden en daardoor een ontzettend mooie en spirituele ervaring heb mogen meemaken.Vanavond mijn afscheidfeestje van Nieuw ZeelandmetMartinen twee andere mensen die we eerder hebben ontmoetop het zuider eiland. Klaar voor Fiji!Naal dat hard werken heb ik dat toch wel verdiend!


Tot volgende!

Een nieuw begin, een nieuwe reis; Nieuw Zeeland

Ah, het land zonder teken (insect)en dus een land zonder tekenfobie, maar met een zeer laag temperatuurtje!!! Dat begint al goed.
Aangekomen in een volledig toeristen kloffie (korte broek en t-shirt), ben ik in Nieuw Zeeland hartelijk ontvangen met een temperatuurtje van rond de 10 graden. Mijn laatste dagen in Australie had ik afgesloten met 35 graden en een uitschieter van 42 graden. Heel even dacht ik weer terug aande mooie, leuke en vooral warme dagen in het huis van een echte Hollander, Stefan.Deze in Melbourne wonende Hollander, vriend van mijn neef en nu ook toch een beetje een vriendje van mij, heeft mij onder zijntwee metervijf lange vleugels genomenen kunnen overtuigen dat Australie wel degelijkkwaliteit bier kan maken! Ook wist hij Melbourne weer op gelijkeniveau te zetten met mijn nieuwe vlam; Sydney.Dit door kroegjes, Aziatische restaurantjes en Pokies (metalhaar dualiteiten). Stefan bedankt!

Bbrrr...brrr... Nadat Martin en Micheal in winterjasweer opstonden en bijkwamen van het lachen, konden ze hetnet uitbrengen dat de zomer in Nieuw Zeeland nog niet op gang was... De twee Zwitsers (eerder ontmoet in Maleisie en Australie) stonden zoals afgesproken op het vliegveld en pikten mij op met ons nieuwe reismaatje; Mitschie.

Mitschie, een Aziatisch automobiel zonder paardenkracht maar met bijnaam:Nietsnie.Mitschiewas volgepakt met campinggerei, tent, zes rugzakkenen aanhang enzou ons het zuiden van het zuider eiland laten zien!
Nog moe en brak van de avond daarvoor (scotch and dry = Stefan)heb ik mijn enige dikke trui (zoals u verwacht; onderaan in de backpack) aangetrokken en hebben we onze nieuwe reisplannen in het nachtleven van Christchurch gedoopt.
Met drie uurtjes slaap zijn we de volgende dag begonnen aan onze eerste tocht van Christchurch naar Oamaru. Daar even buiten het stadje, boven op een cliff met de Pacific als voortuintje en de bekende groene Nieuw Zeelandse (NZ'se)heuvels als achtertuintje, ons campertje geplaats enhet tentje opgezet.

Op het strand werden we begroet door een aantal yellow penguins enenkelegrote zeeleeuwen. S'avonds, met eenoverleefbaar temperatuurtje, op het strand gezeten waarbij Martin en Michael met zang, gitaar en mondharmonica een groepje '' iets wat oudere mensen'' entertainde.Naast de vermoeidheid ende koudheid had ikook wel genoeg van de Kelly family praktijken en droomde ik al van mijn meest ideale bedje.
Na een lange trap van het strandgevolgd te hebben stondik boven aan opde cliff, kijkend naar een open en wijd veldje. De tranenstondenin mijn ogen van de gure, koude en natte zeewind maar daar ineensstond mijn eenpersoons tentje zonder matras. In eenzeer snel dalend temperatuurtjelegde ik keurig mijn eenzijdige linnen slaapzakje op zijn plaats en begon ik aan mijn eerste slapeloze nacht.. De uren verstreken doorniet te kunnen kiezen op welk steentjeik nou zou kunnenliggen enheb ik het slaapzakjeeen naampje gegeven met '' lelijk zakdoekje''. Na het spoor bijster te zijn in de minder donkerder worden desterrenhemelbesloot ik om de rest van mijn kleding aan te trekken en te wachten op het ruggensteuntje van de opkomende warme zon.

Of als er een Engel met me mee is gekomen vanuit Christchurch, zijn we vertrokken naar Dunedin waar Michael een adresje had. Dit adresje wasbij eengezin vol met Kiwies, waar we warm zijn ontvangen. Deze lieve mensen waren vrienden van de ouders van Michael. Hij (Brain genaamd) een Kiwi en professor aan de gerenommeerde medische universiteit van Dunedin. Hij nam ons overal mee naar toe engafverschillende lectures ter plaatsen. Zij (Sue genaamd) een Zwitserse,kan vresenlijk goed kokenen onderhield een zeer klinisch huishouden. Ja, ik voelde me weer helemaal thuis! Zij maakte verschillende NZ'se gerechten (schaap met bot), desserts en schonk de wijnenen maakte dat af met een zeer schoon en warm bedje. Hemels!

Na eigenlijk niet meer weg te willen, zijn we toch weerde Mitschie ingedoken en reden we naar het plaatsje MiddleMarchvoor de Otago Central Rail Track. Dit was een tweedaagse mountainbike track van151 km.Geweldig. Ik, reed de hele track (niet mee verzekerd voorNietsnie) en Martin en Michael wisselden dit af.De eerste dag van de trackwas vooralup hill en motiveerde ons door gebruik te makenvan tunnels en verschillende landschappen. De dageindigde in een klein dorpje waar wij ons kamp hebben opgezet in een parkje naast een rivier.Slapend nog steeds in zakdoekje maar dit keer beschermt in Mitschie! Na iets beter geslapen te hebben zijn we begonnen aan de laatste dag. Meteen nogmeerruiger landschap, vele uitzichtenen alles behalveeen einde, had ik als echt fietskoning de verkeerde afslag genomen en mochten we het laatste stuk weer helemaal kapot up hill fietsen. Maar ook dit waseen onvergetelijke ervaring. Zeker zeven dagenlang werdik eraan herinnerd hoe leuk het ookalweer wasdoor de overgebleven spierpijn. Maar, nogmaals, echt een super ervaring.


Na die afmatpartij hebben we ons weereven verwend met een hosteltje in Queenstown, waar we wat gewandeldhebben en genotenvan alles wat het stadje te bieden had.
Dus we waren weer klaar voor wat actiefs, the Routeburn track. Deze tweedaagse track begon indedicht begroeide bossen enverschillende valleien metzo nu en dan een kleine onderbreking van touwbruggetjes dieovererg mooie riviertjes en watervalletjesliepen.Het geheel eindigde in de toppenvan de bergen (1900 meter). Daar boven op de berg hadden we uitzicht over de vele andere toppen, glinsteringen van de Tasmanzeeen de tussenliggende fjorden. Erg mooi, maarspierpijnversterkenddoor gebrek aan RMVH-benen en het feit dat mijn Zwitserse vrienden metde Alpen in de kuiten een behoorlijk tempo er op na hielden. Maar ook hier was elke zweetdruppel, verloren kilo'sen de bekende vloekmomentjeshet meer dan waard.

Met nog meer spierpijn aangekomen in het kleine plaatsje Wanaka. Daar, op advies van een paar Kiwi's, hebben we aantalNZ'se biertjes gehadmet de smaak van Belgie en dat hadden we verdient! Na deze viering weer stukje verder gereden en hebben we ons kamp opgezet tussen twee meeren aan het water. s' Ochtend wakker geworden in het koude water van het meer, wat nog steeds erg lekker was natwee dagen niet gedouched te hebben. Weer enigzins schoon en levend aangekomen in het plaatsje Franz Josef, bekend om de gletsjer.Daar zaten we op een prachtige camping, omringd met bos en de bekende bergen (mount Cook).Ik, devolgende dagnog steeds kapot en heb deze gletsjer walk dan ook overgeslagen en heb dat s' avonds weer goed kunnen maken in de apre ski bar.
Na, twee dagen geluierd op de camping te hebben, was het zo ver om te beginnen aan onze laaste tocht. De rit van west terug naar de oostelijke kant van het Zuider eiland. Deze rit staat bekend om een van de mooiste treintochten ter wereld. Wij, natuurlijk in ons eigen Mitschie en hebben dit op ons eigen tempo mogen bewonderen.

Voordat we arriveerden opde geplande stop, zochten we een oud vrouwtje die de lekkerste whitebait fishsandwiches van NZ maakte. Dit op advies van onze goede vriend Brain (de professor uit Dunedin). Deze legende moesten wij vinden in het eerste dorpje op weg naar Arthur's pass. Na vele scheve gezichten en onwelkome ontvangsten hebben we de vraag: Are you the old lady... niet meer durven stellen en zijn we belandt in Arthur's pass. Dit is het hoogst gelegen dorpje van NZ, waar wij eigenlijk totaal geen enkele verwachting bij hadden. Met de gedachte hoogst gelegendorpje en natuurwonders als gletsjers keek ik de nacht albibberd aan... Maar daar in het kleine en knusse dorpje aangekomen te zijn, bleek dit niet nodig te zijn geweest. Naast de rivier, onder aan de berg bestond een onbemand berghutje, waar je wat geld in een kluisje achterlietenin dewarme bedjes met kleedjes in kon duiken!

Na een wilde avond scrabble gespeeld te hebbenmet een Canadees meisje (afgestudeerd in filosofie en westerse literatuur)en een Roemeense jongen (ra ra wie won er?)zijn we vroeg naar bed gegaan omdat we de volgende dag zou beginnen met een ochtend hike/ bergbeklimming. En dat hebben we gedaan, de meest ongeplande maar mooiste klim. Zonder ontbijt (Melk was verrot) zijn we begonnen aan een zes uur durende klim die wij (vol trots) invier uur hebben gedaan. De klim bestond uit een 1800 meter hoge berg en startte direct al met een zeer steil klein pad. Dit pad liep dwarsdoor zeer rijk gevuldebegroeiing en geleidelijk ervaarje de verandering in kleur en vorm tot dat je op de maan bent beland met alleen rots en sneeuw.Onbewust zijn webuiten de gebaande paden gegaan en vroegen we ons al een tijdje af hoe het toch mogelijk was dit zonder gevaar te doen. Voor mij was dit de eerste keer dat ik echt moest klimmen. Ik vond het loodzwaar maar echt te gek. De kleine momentje's van uit balans zijn waardoor je noodgedwongen een gokje neemt welk been je naar achter plaats en het geluk hebt dat erdan ook nogeen steentje ligt, leert je het leven en het reizen in een noodvaartwaarderen. Ook bovenaan de top liepen we over verschillende uitzichten van gletsjers en groene dallen.Op de topwarenwe de enige mensen en erg gelukkig. Ook het besefdat we niet eens echt honger hadden en verbaasd waren van hetgeen wezonder eten konden, gaf weer eens een goed gevoel. (dit zal ongetwijfeld erg ongeloofwaardig klinken voor de mensen die mij inTurkije hebbenmeegemaakt, sorry)

Vol energie en voldaan zijn we s'middags terug gereden naar Christchurch, waar deur nog steeds open stond! Dieavond stond Christchurch in het Teken van het straatmuzikantfestival. Perfect om aan ons laaste avondmaal te beginnen,allesweer eensop te biechten en terug te kijken over al onze gepleegde rituelen waarin wij deze fase van onsreis alweer erg hoog hebben zitten.

Kortom, er is weer een nieuw stukje in mijn leven dat gevuld is met actieve, natuurlijke, koude, bierige, gezellige en overweldigeervaringen. Nu, allen weer alleen verderop ons eigen pad. Micheal naar Auckland, Martin blijft in Christchurch en ik naar Kaikoura,Wellington, Napier, Taupo, Rotorua, Mount nog wat, Coromandel en uit eindelijk Auckland. Hoe dan ook, ik ben zeer en zeer enthousiast over dit land!

Tot volgende,